Vader Abraham zong het lang geleden: “Daar in dat kleine café aan de haven, daar zijn de mensen gelijk en tevree. Daar in dat kleine café aan de haven, daar telt je geld of wie je bent niet meer mee.”
Hierbij hield hij zijn eigen lokale pub, ‘t Schippershuis te Hoorn voor ogen. Wat hij kan, kan ik beter, moet fotografe en foodwriter Regula Ysewijn gedacht hebben en ze voegde de daad bij het woord. Geen song, maar een heus boek over zo’n 45 staminees, verspreid over Vlaanderen en Brussel, worden door haar bejubeld.
Aanleiding voor haar queeste was de sluiting van Café, Den Akker te Mechelen. Regula vond het teloorgaan van zoveel sfeer, zoveel authenticiteit, zoveel nationaal erfgoed niet te verteren. Totaal niet weg te spoelen met een frisse pint. Via gesprekken met diverse cafébazen ontdekte de anglofiele dame dat ze niet de plas over moet om haar hart te laten beroeren door schoonheid. Ze vond die hier overal te lande weer in volkse bruine kroegen. Daarbij vernam ze helaas ook dat deze met uitsterven bedreigd zijn.
“Een volkscafé is het cement van onze maatschappij”
– Cafébaas Stephan van Oud Arsenaal
Oorzaak hiervan is vaak te vinden bij de eigenaars van het pand die niet kunnen weerstaan aan de drang tot moderniseren. Ofwel besluit het nageslacht van een café dat van generatie op generatie in dezelfde familie bleef, dat zij wel eens andere horizonnen willen verkennen dan het achter de tap staan. In dat geval verdwijnen de herinneringen van alle caféhangers voorgoed achter de gevel van een gewoon woonhuis. En tot slot, vertelt Regula, zijn wij met zijn allen corpus delicti. Wij gaan gewoon niet meer genoeg “op de lappen”, zoals het zelf uitdrukt. Geen omzet, geen kans op overleving voor de kleine zelfstandige.
“Na twintig jaar kan ik ne witte frak aantrekken van den psychiater”
– Cafébaas Stephan van Oud Arsenaal
Het boek “Authentieke Belgische Cafés” kreeg zijn vuurdoop in café Oud Aarsenaal te Antwerpen. Tijdens het drinken van enkele pinten en het nuttigen van een breugheliaans hapje vertelt de schrijfster honderduit over haar geesteskindje. Over hoe ze met haar vader door het land reed op zoek naar ons sociaal en cultureel patrimonium dat met uitsterven bedreigd wordt. Over hoe ze enkele oude volkse gebruiken van een café terug herontdekte zoals het zagemanneke. Trok een tooghanger die wat te diep in het glas gekeken had iets teveel van leer, dan kreeg hij fijntjes een “zagemanneke” bij hem geplaatst, een schommelhaak met daarop de afbeelding van een manneke met een zaag. Stopte het schommelen, dan was het tijd voor de gast om ofwel naar huis te gaan, ofwel een beter verhaal op te hangen.
Dit en nog meer verhalen staan allemaal in het woord-en beeldboek Authentieke Belgische Cafés van Regula Ysewijn. Laten we er gewoon eentje op gaan drinken in de kroeg net om de hoek. Santé!